Interview Jeroen van Delft over reptielen en amfibieën

Jeroen van Delft werkt al 22 jaar als ecoloog bij RAVON, de organisatie voor de bescherming van amfibieën, reptielen en vissen. Hij houdt zich bezig met reptielen en amfibieën in relatie tot natuurbeheer. Zijn interesse begon vroeg, toen hij zich als jongetje van 7 al met de natuur bezighield.

De focus op reptielen en amfibieën begon tijdens zijn studie. “Ze hebben wat spannends. Je struikelt er niet zomaar over. Bovendien is het fascinerend dat ze op zulke schrale locaties weten voor te komen. Toen ik begon was er ook nog niet zoveel over ze bekend, ik had het gevoel echt iets te kunnen bijdragen.”

“Als kind waren de knieën van mijn broek altijd stuk, omdat ik eindeloos tegels in onze tuin omdraaide.”

Veel van zijn enthousiaste verhalen zijn terug te leiden naar zijn eigen omgeving en de verwondermomenten die hij daar in zijn jeugd wist te beleven. “Ik heb drie lievelingssoorten, mag dat ook? Met de levendbarende hagedis begon ik als klein ventje. Ze zaten overal op het heideveldje op vijf minuten lopen van huis. Mijn mentor Henk Strijbosch wist gepassioneerd over ze te praten. De alpenwatersalamander is veruit onze mooiste salamander, erg kleurrijk.” Ook deze zat veel in het gebied waar hij vandaan komt. De gladde slang, zijn derde lievelingssoort, was nog weinig over bekend tijdens zijn jeugd. Er bestonden veel gebieden in Noord-Brabant waarvan hij vermoedde dat de gladde slang er moest zitten. “De oproepen in streekbladen die ik tijdens mijn studie plaatste leverde vanuit ruiters, jagers en een vlinderman geloofwaardige meldingen op. Toch wilde ik het zelf verifiëren. Ik heb 5 weekenden achter elkaar een gebied afgezocht. Toen ik uiteindelijk een gladde slang zag liggen in de berm, heb ik letterlijk op het bospad staan springen.”

“Toen ik uiteindelijk een gladde slang zag liggen in de berm, heb ik letterlijk op het bospad staan springen.”

Zo moeilijk vindbaar als de gladde slang zijn de meeste reptielen en amfibieën niet. Toch weten veel Nederlanders niet dat ze ook in hun eigen omgeving voorkomen. “De ringslang zit zelfs in de bebouwde kom van Utrecht en Amsterdam. Bij de meeste mensen is er op fietsafstand minstens 1 reptiel- en 5 amfibieënsoorten te vinden.” Jeroen is van mening dat iedereen van amfibieën en reptielen kan genieten en dat men bijna geen kennis nodig heeft om mee te doen aan burgerwetenschap. “Ik geef graag aandacht aan de echte beginners. Door te doseren in wat ik vertel, hoop ik hen het vertrouwen te geven om zelf te gaan waarnemen. Als je mij de geluiden van alle vogels van Nederland wil aanleren, dan schrik ik weg, maar de 15 algemene soorten in mijn tuin, dat kan ik wel aan.” Laagdrempelig beginnen dus en in je eigen regio. “Je voelt je verbonden met je eigen regio, want uiteraard zitten er elders in Nederland ook fantastische soorten, maar na drie keer heen en weer reizen zijn de meesten dat wel zat. Kijk wat je in je eigen omgeving hebt, daar is nog van alles te ontdekken!” Tijdens zijn Nature Talk op 27 januari 2023 zal hij de kijkers daarbij een beetje helpen.