Henk-Jan van der Kolk over mossen en korstmossen
“Bekijk je een steen of een stuk schors met een loepje en opeens zie je een soort maanlandschap voor je, vol met wonderlijke kleuren en vormen.”
Henk-Jan van der Kolk werkt bij de BLWG, de vereniging voor mossen- en korstmossenonderzoek in Nederland. Regelmatig zal je hem tegenkomen op begraafplaatsen, stuifzandgebieden of in bomenlanen. “Ik werk aan verschillende projecten. Voor de monitoring van korstmossen kijken we bijvoorbeeld veel naar bomen. Korstmossen op bomen zeggen iets over de aanwezigheid van stikstof.”
Miniplantjes
Korstmossen en mossen zijn zeer verschillende groepen. “Mossen zijn een soort miniplantje. Ze hebben vaak een groene kleur en een stengel met blaadjes. Korstmossen daarentegen bestaan uit een symbiose van een schimmel en een alg. De alg zorgt voor fotosynthese en de schimmel bepaalt de structuur. Daarom bestaat er een grote variatie in korstmossen.” Voor veel Nederlanders zijn mossen en korstmossen een stukje natuur waar ze nooit bij stil hebben gestaan. Best wel gek als je bedenkt dat je nauwelijks de deur uit hoeft te stappen om ze tegen te komen. “Ze zitten overal, bijvoorbeeld op je stoep, op het dak, op de muur of op de boom voor je deur. Als je een korstmos of mos van dichtbij bekijkt, gaat er een wereld voor je open.”
Begraafplaatsen
Stiekem gaat de voorkeur van Henk-Jan uit naar het bestuderen van korstmossen. Toch vertelt hij ook vol trots over het moment waarop hij het beroemde kaboutermos wist te vinden. Dit mos heeft een enorm groot kapsel die bestaat uit een steel met een vreemd gevormde deksel. “De soort was al 30 jaar niet meer gezien in Nederland. Ik vond hem terug op een begraafplaats waar ik naar korstmossen aan het zoeken was. Daarna vond ik de soort op nog 4 andere begraafplaatsen terug.” Waarom niemand eerder de soort is tegengekomen, komt volgens Henk-Jan juist omdat deze op begraafplaatsen staat, waar weinig mosliefhebbers kijken. Begraafplaatsen zijn beter bekend bij korstmossenexperts: “Korstmossen groeien langzaam en komen graag op steen voor. De rijkste gebieden vind je in de bebouwde kom. Op begraafplaatsen liggen oude stenen en ook op de grond groeien korstmossen, daarom wordt hier alleen door korstmossenexperts gekeken. Voor mossen zijn nattere plekken zoals veengebieden top.”
Binnen de korstmossen en mossen is nog heel veel te ontdekken. Juist dit trekt Henk-Jan zo aan. “Binnen de korstmossen en mossen worden er elk jaar nog nieuwe soorten beschreven die nieuw zijn voor de wetenschap. Voor een groep zoals de vogels zou dat ondenkbaar zijn.”
660